Hoge Raad 25 augustus 2023: Haviltex-maatstaf mag contractueel worden uitgesloten
Door Maarten Kalkwiek – advocaat in Commerciële geschillen, Contracten op 2023-08-25Uit een arrest van de Hoge Raad van25 augustus 2023 volgt dat contractueel mag worden afgesproken dat bij de uitleg van een contract alleen naar het geschreven woord wordt gekeken. Van alle andere omstandigheden mag worden geabstraheerd.
In 1981 bepaalde de Hoge Raad dat bij de uitleg van de partijbedoelingen bij schriftelijke overeenkomsten alle feiten en omstandigheden van belang kunnen zijn (het Haviltex-criterium). Op zichzelf terecht, want het komt bijvoorbeeld vaak voor dat mondeling een invulling aan een schriftelijke overeenkomst wordt gegeven waardoor de partijbedoelingen niet meer uitsluitend uit het contract blijken.
De keerzijde is dat de waarde van het geschreven woord makkelijk ter discussie kan worden gesteld; ‘er staat wel X, maar we bedoelden Y’.
In de vandaag door de Hoge Raad beoordeelde zaak ging het om een contract waarin staat dat, in afwijking van het Haviltex-criterium, de letterlijke tekst van de overeenkomst prevaleert boven eventuele partijbedoelingen, zodat de rechter de bepalingen uit de overeenkomst uitsluitend grammaticaal dient uit te leggen en toe te passen. In cassatie werd o.a. geklaagd dat een dergelijke afspraak in strijd is met het recht omdat hiermee de ’toepasselijkheid van de redelijkheid en billijkheid’ buiten werking worden gesteld.
De Hoge Raad heeft vandaag deze klacht verworpen en bepaald dat het is toegestaan om contractueel een eigen uitlegmaatstaf af te spreken. Daarmee komt de Hoge Raad tegemoet aan de praktijkbehoefte en lagere rechtspraak, waarin dergelijke afspraken eerder al werden toegestaan.
Wat dit betekent is dat we waarschijnlijk een toename gaan zien van contracten met een eigen uitlegmaatstaf met de strekking dat bij de uitleg van de partijbedoelingen wordt geabstraheerd van alles behalve wat op papier staat en niet voor meerdere uitleg vatbaar is.
Addendum
Naar aanleiding van dit arrest is een interessant debat gevoerd over het antwoord op de vraag of het inderdaad is toegestaan om een eigen uitlegmaatstaf af te spreken waarin de Haviltex-maatstaf wordt uitgesloten. Voorstanders wijzen erop dat in cassatieberoep als volgt is geklaagd. In de woorden van de AG in de conclusie voor het arrest:
“3.3 Volgens de meest vergaande klacht is het niet mogelijk om met een bepaling in een overeenkomst de toepasselijkheid van de redelijkheid en billijkheid geheel buiten werking te stellen en kan onder meer het gezichtspunt ‘de aannemelijkheid van de rechtsgevolgen van een bepaalde voorgestane uitleg’ te allen tijde in de uitleg worden betrokken. (het middel onder 3.12)“
De Hoge Raad verwerpt deze klacht en overweegt dat het partijen vrijstaat om een eigen uitlegmaatstaf af te spreken. Het staat niet met zoveel woorden in het arrest, maar de uitleg van het uitlegbeding zelf zal m.i. wel plaatsvinden aan de hand van de Haviltex-maatstaf (op grond waarvan alle feiten en omstandigheden relevant kunnen zijn).
Tegenstanders wijzen erop dat de Hoge Raad niet met zoveel woorden heeft bepaald dat het is toegestaan om de Haviltex-maatstaf uit te sluiten. Op zich klopt dat, maar aangezien de hierboven geciteerde cassatieklacht is verworpen, lijkt de conclusie dat de Haviltex-maatstaf kan worden uitgesloten mij wel gerechtvaardigd. Als de Hoge Raad van mening was dat de toepasselijkheid niet kan worden uitgesloten, was de cassatieklacht immers gegrond.
[1] Hoge Raad 25-08-2023 ECLI:NL:HR:2023:1131