De ‘gratis’ mobiele telefoon
Door Marnix Bos – advocaat in Ondernemingsrecht op 2014-12-29Wie kent de aanbieding niet? Sluit nu een 2-jarig telefoonabonnement met provider A, B of C en ontvang een gratis mobiele telefoon!
Maar is die telefoon wel echt gratis? En zo niet, zou dat dan een juridische consequentiemoeten hebben? In juni 2014 heeft de Hoge Raad zich over deze vragen uitgesproken en is tot een verrassende conclusie gekomen.
Bij de beantwoording van de gestelde vragen neemt de Hoge Raad niet als uitgangspunt de papieren werkelijkheid zoals die opgenomen is in het abonnementscontract. Nee, de Hoge Raad neemt als uitgangspunt de ‘bedrijfseconomische werkelijkheid’ en ‘de verwachtingen van partijen’ bij het aangaan van het telefoonabonnement. Op basis van die uitgangspunten komt de Hoge Raad tot de conclusie dat in de maandbedragen die de consument aan de mobiele provider betaalt, niet alleen een vergoeding is begrepen voor de kosten van mobiele telecommunicatie, maar ook een ‘afbetaling’ van de gratis meegeleverde telefoon. De gratis telefoon is dus niet gratis, de consument betaalt wel degelijk voor die telefoon via de maandelijkse abonnementskosten.
Dat is een belangrijke conclusie. Want dat betekent dat de levering van de telefoon door de telecomprovider aan de consument onder de juridische definitie van ‘koop op afbetaling’ valt, waardoor op het telefoonabonnement plotseling diverse wettelijke regelingen van toepassing zouden kunnen zijn:
1. Zo is de toestemming van de echtgenoot/echtgenote nodig bij het aangaan van een koop op afbetaling. Is die toestemming niet gegeven (of zelfs niet gevraagd), dan zou die echtgenoot het contract achteraf met terugwerkende kracht kunnen vernietigen.
2. Koop op afbetaling valt onder de werking van de Wet op het Financieel Toezicht en het Burgerlijk Wetboek. En dat betekent dat de consument ook zelf het telecomabonnement mogelijk met terugwerkende kracht kan vernietigen wegens strijd met de geldende wettelijke bepalingen, die uit deze wetten voortvloeien.
Wordt de overeenkomst rechtsgeldig vernietigd, dan zou de telecomaanbieder verplicht kunnen worden om (een deel van de) betaalde abonnementsgelden aan de consument terug te betalen, terwijl de consument verplicht zal zijn om de ontvangen mobiele telefoon weer aan de telecomaanbieder terug te geven. Maar die oude telefoons vertegenwoordigen niet veel waarde meer, waardoor de telecomaanbieders met een forse schadepost zullen blijven zitten.
En daarmee lijkt de ‘gratis telefoon’ ineens een heel dure telefoon te zijn geworden, vooral voor de aanbieders van telefoonabonnementen.